Echte leesboeken gaat over grote favorieten van het Nederlandse lezerspubliek. De jaren 1920-1970 staan centraal, een periode waarin nog een flinke kloof gaapte tussen de publiekslievelingen en de ‘echte’ literatuur. De bundel neemt de smaak van het publiek tot uitgangspunt en laat een reeks van oude bekenden de revue passeren: van de onsterfelijke Joop ter Heul van Cissy van Marxveldt en de vertederende Merijntje van A.M. de Jong tot geliefde naoorlogse schrijvers als Simon Carmiggelt, Aster Berkhof, Yvonne Keuls en Maarten ’t Hart. Stuk voor stuk zijn de ‘leesboeken’ met hun herdrukken, bewerkingen en verfilmingen lang in het collectieve geheugen blijven hangen. Voor hun talloze lezers waren ze van grote betekenis maar in de literatuurgeschiedenis hebben ze een marginale plaats gekregen. In Echte leesboeken worden ze tot leven gewekt en krijgen ze de aandacht die ze verdienen.